Joe Bonamassa - Dust Bowl (2011)

Ergens op de Utrechtse Mega Platenbeurs wilde een Spanjaard van zijn spullen af. Alles voor de halve prijs, was zijn motto en zo vond ik Joe Bonamassa’s Dust Bowl voor een wel heel voordelig bedrag. Niet dat deze bluesgitarist het volle pond niet waard is. Joe moet zijn eerste uitglijder nog maken en dat is een prestatie voor iemand die soms twee albums in een jaar aflevert.

Blues als rode draad
Dust Bowl is zijn twaalfde solo-plaat. Opgenomen op een moment dat Joe zijn gitaar het liefst even had opgeborgen, zo is te lezen op de binnenhoes. Na een slopende tour had hij zijn Gibson wel even genoeg laten scheuren. Producer Kevin Shirley dacht daar anders over, boekte een studio, nodigde alvast wat muzikale versterking uit en voerde de druk zo lekker op. Bonamassa ging overstag en wist een plaat op te nemen waarop hij met de blues als rode draad langs enkele verrassingen soleert. 



Galmende Gibson
Dat zit hem o.a. in de instrumentkeuze. Op het titelnummer komt bijvoorbeeld een Grieks snaarinstrument voorbij. Waarschijnlijk gevonden in de Griekse studio waar de plaat werd opgenomen. Het subtiele geluid naast de galmende Gibson klinkt net even anders dan je gewend bent. Black Lung Heartache is juist weer folk-achtig en Tennessee Plates is een vrolijke country-inhaker. Nummers krijgen bijval van de nodige gastmuzikanten, waaronder Glenn Hughes. Niet altijd even relevant, maar het zorgt voor vermakelijke afwisseling. 

Perfecte solo's 
De stuwende motor is en blijft natuurlijk de elektrische gitaar. Zo’n 15 verschillende zijn er te horen op deze plaat. Joe Bonamassa is met z’n geboortejaar 1977 een beetje de kleinzoon van de blues en weet met zijn wat hese stem en vrijwel perfecte gitaarsolo's het soms stoffige genre populair te maken bij een jong publiek, zoals onlangs op Pinkpop. De Bonamassa-formule slaagt ook feilloos op dit album. Mijn favorieten: The Last Matador of Bayonne, dat je middenin de nacht moet draaien terwijl er hooguit een lampje schemert. En afsluiter Prisoner, gespeeld vanuit de tenen en daarmee niet meer te herleiden naar het origineel van Barbra Streisand (!). 





Ongevaarlijk 
En toch. Meneer Kevin Shirley achter de knoppen heeft hier en daar wel erg fanatiek lopen poetsen aan dit album. Het resultaat is ietwat vriendelijke en ongevaarlijke bluesrock. Koren op de molen van die fans die Joe leerden kennen toen hij nog oude spijkerbroeken droeg in plaats van de maatpakken waarin hij zich steeds vaker kleedt. Ik kan me die kritiek wel voorstellen. Iets meer rafelranden, zweet en adrenaline zouden Dust Bowl net die extra kwaliteit hebben gegeven. Al is een brave Bonamassa nog altijd een muzikant om in de gaten te houden. *** [RenĂ©] 




 Joe Bonamassa - The Last Matador of Bayonne

Geen opmerkingen:

Een reactie posten